Direct aanvragen

Nieuwsartikelen - Sonell

Geen gefixeerde schadevergoeding voor werkgever

In het Burgerlijk Wetboek is bepaald, dat de partij die de arbeidsovereenkomst opzegt tegen een eerdere dag dan tussen partijen geldt, aan de wederpartij een gefixeerde schadevergoeding verschuldigd is. De vergoeding is gelijk aan het loon over de niet in acht genomen opzegtermijn.

Een werkgever heeft de kantonrechter verzocht om een werkneemster te veroordelen tot betaling van een gefixeerde schadevergoeding omdat zij heeft opgezegd zonder opzegtermijn. De kantonrechter heeft het verzoek afgewezen. Volgens de kantonrechter is naar de maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar dat de werkgever aanspraak maakt op een vergoeding voor het niet in acht nemen van de opzegtermijn door de werkneemster als hij zelf het dienstverband met deze werkneemster zo snel mogelijk wil beëindigen en in dat kader ernstig verwijtbaar handelt.

Eerder had de werkgever de werkneemster op staande voet ontslagen. Vervolgens kwam hij daarop terug en stelde hij voor de arbeidsovereenkomst via een vaststellingsovereenkomst te beëindigen. De werkgever heeft bedragen op het loon ingehouden. Nadat de werkneemster zich had ziekgemeld, heeft de werkgever geen loon meer betaald. De werkneemster heeft een voorstel voor een aangepaste vaststellingsovereenkomst gedaan, waarop de werkgever niet heeft gereageerd. Vervolgens heeft de werkgever laten weten dat het contract niet zou worden verlengd. De werkneemster heeft daarna, een maand voor het einde van het contract, met directe ingang ontslag genomen. 


Nieuwe goedkeuring in Verzamelbesluit pensioenen

De staatssecretaris van Financiën heeft het Verzamelbesluit pensioenen gewijzigd. In het besluit is een nieuwe goedkeuring opgenomen voor een premievrije voortzetting van de pensioenregeling bij arbeidsongeschiktheid. De goedkeuring ziet op de situatie dat op de eerste ziektedag van een werknemer een oude pensioenregeling geldt, die aanspraak geeft op premievrije voortzetting bij arbeidsongeschiktheid. Als de pensioenregeling is omgezet naar een nieuwe regeling die onder de Wet Toekomst Pensioenen valt voordat de premievrije voortzetting van de pensioenregeling is aangevangen, zou de pensioenregeling onzuiver worden door die inleg. De goedkeuring voorkomt dat.

Het wetsvoorstel Wet toezeggingen pensioenonderwerpen omvat een aanpassing van de Wet op de Loonbelasting op dit punt. De beoogde inwerkingtredingsdatum van dit wetsvoorstel is 1 januari 2026. Daarop vooruitlopend heeft de staatssecretaris met toepassing van de hardheidsclausule de goedkeuring in het Verzamelbesluit pensioenen opgenomen.

De wijziging van het besluit is op 27 februari 2025 in werking getreden met terugwerkende kracht tot en met 1 juli 2023.


Hoge Raad in Uber-zaak: chauffeurs kunnen zowel zelfstandigen als werknemers zijn

De Hoge Raad heeft een aantal juridische vragen beantwoord in de rechtszaak tussen Uber en vakbond FNV. De vakbond eist dat Uber de CAO Taxivervoer toepast op alle chauffeurs, omdat zij volgens de FNV eigenlijk werknemers zijn en geen zelfstandigen. Het gerechtshof Amsterdam twijfelde over een aantal juridische vragen en legde deze voor aan de Hoge Raad.

Wanneer is iemand een werknemer en wanneer een zelfstandige?

De belangrijkste vraag in deze zaak is of je Uber-chauffeurs als werknemers of als zelfstandige ondernemers moet beschouwen? De Hoge Raad oordeelt hierover als volgt:

  • het feit dat iemand zich als ondernemer gedraagt, kan doorslaggevend zijn;
  • twee chauffeurs die hetzelfde werk doen voor Uber, kunnen toch een verschillende juridische status hebben;
  • voor de beoordeling telt niet alleen wat er gebeurt binnen de relatie met Uber, maar ook wat chauffeurs daarbuiten doen:
    • binnen de relatie met Uber: hoeveel vrijheid heeft de chauffeur, loopt hij commercieel risico, heeft hij invloed op de prijzen?
    • buiten de relatie met Uber: werkt de chauffeur ook voor anderen, doet hij aan acquisitie, hoe presenteert hij zich fiscaal, heeft hij geïnvesteerd in zijn onderneming?

Dit betekent concreet het volgende: als chauffeur A alleen voor Uber rijdt, geen bedrijfsinvesteringen doet en weinig risico loopt, kan hij als werknemer worden gezien. Maar als chauffeur B voor meerdere platforms rijdt, zelf heeft geïnvesteerd in zijn auto, zakelijke verzekeringen heeft afgesloten en zich naar klanten toe als ondernemer presenteert, kan hij als zelfstandige worden beschouwd - ook al zijn de afspraken met Uber en de werkzaamheden precies hetzelfde.

Wat betekent dit in de praktijk voor Uber-chauffeurs?

  1. Geen one-size-fits-all-oplossing: niet alle Uber-chauffeurs zullen automatisch als werknemer of als zelfstandige worden beschouwd. Er zal gekeken worden naar hun individuele situatie.
  2. Ondernemerschap weegt zwaar: chauffeurs die zich echt als ondernemer gedragen (meerdere opdrachtgevers, eigen investeringen, actieve klantenwerving) hebben een sterkere positie om als zelfstandige te worden gezien.
  3. Groepsindeling mogelijk: het gerechtshof Amsterdam mag verschillende groepen chauffeurs onderscheiden, bijvoorbeeld:  
    • chauffeurs die alleen voor Uber rijden zonder ondernemingsactiviteiten (mogelijk werknemers)
    • chauffeurs die een eigen taxibedrijf hebben en voor meerdere platforms/centrales rijden (mogelijk zelfstandigen).
  4. CAO-toepassing: alleen chauffeurs die als werknemer worden aangemerkt, hebben recht op toepassing van de CAO Taxivervoer, met alle bijbehorende rechten zoals vakantiegeld, doorbetaling bij ziekte en pensioenopbouw.

Wat nu?

Het gerechtshof Amsterdam moet nu beslissen welke (groepen) chauffeurs als werknemer moeten worden beschouwd en welke als zelfstandige. Deze uitspraak heeft niet alleen gevolgen voor Uber, maar ook voor andere platformbedrijven zoals Deliveroo, Helpling en Temper.

Voor chauffeurs is het belangrijk om te weten dat hun eigen ondernemersgedrag van invloed kan zijn op hun juridische status. Wie bewust kiest voor zelfstandig ondernemerschap, doet er goed aan dit ook werkelijk in de praktijk te brengen door bijvoorbeeld:

  • voor meerdere opdrachtgevers te werken;
  • te investeren in de eigen onderneming;
  • aan actieve klantenwerving te doen;
  • zich naar buiten toe als ondernemer te presenteren.